inspiratie

Bij de start van mijn opleiding tot gz-psycholoog, klinisch psycholoog en psychotherapeut in 1993  werd ik gegrepen door Rogers, die in zijn tijd een stille revolutie teweeg had gebracht door de belevingswereld van de cliënt centraal te stellen.

Het aanbieden van de grondhouding – zo beweerde hij destijds – was voldoende om een gestagneerd proces op gang te brengen. In die grondhouding ging het over presentie, waarin het draaide om empathie, echtheid en respect als hét gereedschap van de therapeut om de cliënt te laten werken aan het verbeteren van zijn zelf-functioneren en interpersoonlijk functioneren.

Als ik in een paar zinnen zou moeten beschrijven wat therapie voor mij inhoud, dan kom ik tot zoiets: voeling krijgen met wat er gebeurt in de beleving, waarin de realiteit verinnerlijkt is; helpen een wending te geven aan wat er in die belevingswereld gebeurt; helpen accepteren dat de wereld breder is dan wat uit (vroege) ervaringen is geleerd, maar ook helpen minder geduwd te worden door het verleden en meer getrokken door de toekomst.

Bezig zijn met lijden heeft zin, omdat daaronder levenslust en menselijke waarde te vinden is. Therapie betekent de band met de dynamiek van het leven herstellen en klemgeraakte kracht en vitaliteit opnieuw beschikbaar maken. In therapie kun je samen met mij uitzoeken wat je lijden je te vertellen heeft, waartoe het je oproept en aanzet.